Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En allen [17]te verlichten, [dat zij mogen verstaan], welke de gemeenschap der verborgenheid zij, die van [alle] eeuwen verborgen is geweest [18]in God, Welke alle [19]dingen geschapen heeft door Jezus Christus; 17. Dat is, door de predikatie des Evangelies hunne ogen te openen, gelijk Christus tot Paulus spreekt, Hand.26:18. 18. Dat is, in Gods raad en voornemen, gelijk hierna vs.11 wordt verklaard. 19. Dat is, alle volken, zowel heidenen als Joden, en wat hun aangaat. Waaruit de apostel wil besluiten, dat het dan gevoeglijk was, dat niet alleen de Joden, maar ook de heidenen door Christus zouden verzoend en verenigd worden. Zie Kol.1:16,17,18. Andere nemen het van de tweede schepping, doch daarvan heeft de apostel tevoren gesproken.